De bedrijfsriolering is vaak aangesloten op de vloeistofdichte vloer of verharding en bestaat vaak uit verschillende onderdelen zoals leidingwerk, ontvangpunten (kolk of goot), afscheiderinstallaties en putten.
In wet- en regelgeving is opgenomen dat de bedrijfsriolering aangesloten op vloeistofdichte voorzienningen beoordeeld moet worden op vloeistofdichtheid. De afvoer van afvalwater via een bedrijfsriolering kan een hoog risico op het ontstaan van bodemverontreiniging hebben, omdat de bedrijfsriolering een verzamelpunt is van bodemverontreinigende stoffen en het proces zich buiten uw gezichtsveld afspeelt. In de praktijk blijkt uit controles dat veel rioolsystemen gebreken vertonen en daarmee een belangrijke oorzaak van bodemverontreiniging zijn. Nu inspecteren voorkomt hoge kosten in de toekomst.
Vanaf 1 januari 2024 is de omgevingswet van kracht. De eisen over inspectie van riolering staan opgenomen in het Besluit Activiteiten Leefomgeving. Dit gaat invloed hebben op de manier van inspecteren. De overheid zal zich meer gaan focussen op de handhaving van het op vloeistofdicht inspecteren van de riolering conform AS SIKB 6700 en protocol 6703.
Inspectie conform AS SIKB 6700 en protocol 6703
Om de bedrijfsriolering te testen wordt gecontroleerd of deze voldoet aan de eisen die zijn gesteld in AS SIKB 6700 en protocol 6703. Voor aanvang van de inspectiewerkzaamheden dienen de te inspecteren onderdelen geledigd en gereinigd te worden. Vervolgens worden de onderdelen van het systeem op druk gezet met water, waarbij zoveel als mogelijk wordt gewerkt in gedeelten. Zo kunnen eventuele gebreken locatiespecifiek worden aangegeven. Afhankelijk van de grootte van het leidingsysteem is een beperkt lekverlies toegestaan.
De resultaten worden gerapporteerd in een inspectierapportage. Als er geen gebreken worden geconstateerd kan een Verklaring Vloeistofdichte Voorziening worden afgegeven. Als er gebreken worden geconstateerd dienen deze te worden gerepareerd of kan nader onderzoek worden uitgevoerd om o.a. vast te stellen op welke plaats de gebreken zich in het stelsel bevinden.
Camera inspectie
Voor oplevering van nieuwbouwprojecten of voor een nader onderzoek verzorgt SFA-Testystemen inspecties met behulp van een rijdende camera. Een camera-inspectie levert een beeld van de riolering wat vastgelegd wordt met behulp van robotcamera’s. Rioolinspecties worden hierbij uitgevoerd door gecertificeerde inspecteurs conform NEN-EN 13508-2:2003+A1:2011. Een dergelijke camera-inspectie kan echter niet leiden tot een Verklaring Vloeistofdichte Voorziening. Hiervoor is de methode nodig die bij de inspectie van vloeistofdichte bedrijfsriolering is omschreven.
Naast de beelden kunnen ook technische aspecten zoals het afschot van de buizen (verhang) gemeten worden. Via speciaal ontwikkelde software worden de meetresultaten omgezet in een lengteprofiel. In deze lengteprofielen kunnen ook de buisverbindingen worden weergegeven zodat ook eventuele verticale hoekverdraaiingen duidelijk in beeld worden gebracht.
Inspectie olie- en benzine afscheiders
Afscheidingsinstallaties dienen conform NEN-EN 858-2 tweemaal per jaar gecontroleerd te worden. De afscheidingsinstallatie wordt op een juiste werking en resterende opvangcapaciteit gecontroleerd. Het slibvolume in het slibvanggedeelte zal worden bepaald en in de afscheider zal de dikte van de olielaag worden gemeten. Daarnaast worden de automatische vlotter en het eventuele waarschuwingsinstrument gecontroleerd op een juiste werking. Afhankelijk van het inspectie interval zullen de binnenzijde en de opbouw van de afscheider visueel worden beoordeeld op gebreken.
Eventueel geconstateerde manco’s zullen worden gerapporteerd. Daarnaast wordt het legen van de installatie aanbevolen als de helft van het slibvolume in het slibvanggedeelte is gevuld of 80% van het opvangvolume olie van de afscheider is bereikt.
Naast het halfjaarlijkse onderhoud, staat er ook een 5-jaarlijkse controle verplichting opgenomen in het Besluit Activiteiten Leefomgeving waarbij ook wordt verwezen naar de NEN-EN 858-2. Het legen van de afscheider en het uitvoeren van een algemene controle in intervallen van maximaal 1 keer per 5 jaar staat voorgeschreven. Deze controle omvat onder andere: De lekkage van het systeem (eventueel conform AS SIKB 6700 en protocol 6703), de controle van de constructie, controle van eventueel aangebrachte coating, het functioneren van de verschillende onderdelen, het functioneren van elektronische instrumenten en installaties en controle van de instelling van de automatische afsluiting.